Overslaan en naar de inhoud gaan

logo

Yeboah staat op het Theaterplein, in profiel. Hij kijkt in de verte. Hij heeft zijn hoodie aan en een witte jas.

copyright atlas

25 mei 2023 | Deel

Yeboah: 'Hoe verder we de geschiedenis induiken hoe meer we dezelfde voorouders hebben.'

Yeboah, bekend als rapper AkB, motiveert en inspireert jongeren in kwetsbare situaties om zich uit te drukken met muziek. Op zijn 18 bracht hij zijn eerste album uit, waarin hij zijn jeugd in instellingen verwerkte. Yeboah brengt zijn muziek op 9 juni naar Atlas op het plein. ‘Als er ook maar 1 persoon in je gelooft, geraak je verder.’

Yeboah: ‘De persoon die in mij geloofde was mijn mama. Ook al was ze niet vaak in mijn leven, waren de momenten die ik wel met haar kon doorbrengen heel krachtig. Zij was het die me zei dat ik talent had, dat ik te goed was voor een leven vol problemen. Die kleine zinnetjes bleven in mijn achterhoofd zitten. Op mijn 18 werd ik op straat gezet, zonder boe of bah. Mijn mama was dood, niemand kon me opvangen. Ik dacht toen: “dit is het, hier stopt het.” Maar dat stemmetje zei: “ga naar school, doe iets met muziek. Maak je mama trots.” Mijn broertjes zaten nog in de instelling en ik voelde dat ik eruit móest komen. Ook voor hen.’ 
 
‘Ik had 2 opvoeders in de instelling die hun best deden en ons meenamen naar optredens zoals Mama’s Open Mic. Dat wakkerde mijn interesse in muziek aan, maar er was geen manier om er in de instelling iets mee te doen. Er waren geen middelen en er was ook geen vertrouwen in de jongeren. Nu probeer ik dat zelf wél naar de voorgrond te brengen in mijn samenwerkingen met de instellingen.’ 
 
Vandaag is Yeboah die stem voor veel jongeren die in een soortgelijke situatie zitten. Hij gelooft in hen en biedt hen een platform om met muziek bezig te zijn. Zo organiseerde hij het ‘Chapp De Mic festival’ en duikt hij met de jongeren de studio in zodat ze hun verhaal kwijt kunnen. 
 
Yeboah: ‘Het is belangrijk dat je jezelf niet boven de jongere plaatst als een leraar of iemand die het allemaal wel weet. Ik probeer vooral een voorbeeldfiguur te zijn en hen aan te moedigen. Deze jongeren horen zo vaak dat ze niets kunnen, dat ze onbekwaam zijn. Ik push hen om het talent in zichzelf te zien. In dit soort projecten moet je participatief te werk gaan. Je ziet soms hulpverleners die sociaal werk gestudeerd hebben met de beste bedoelingen trekken en sleuren aan zo’n jongeren zonder dat er iets uitkomt. Je kan het best samenwerken met jongvolwassenen die dezelfde ervaring hebben. Die weten waarover ze spreken. En dat heb ik wel. Chapp De Mic is ook niet enkel voor jongeren uit kwetsbare situaties, het is voor álle jongeren, ook zij die meer privileges hebben gehad. Maar achter de schermen zet ik me dubbel zo hard in voor hen die nooit kansen hebben gekregen. Zo komen jongeren uit verschillende leefwerelden op een ‘gelijker’ niveau te staan. Dan kunnen ze beginnen delen en uitwisselen. Zo leren ze elkaars wereld beter kennen.’

Yeboah zit aan een tafel en lacht naar de camera. Hij maakt een 'peace' teken met zijn vinger.

copyright Atlas

We hebben allemaal dezelfde voorouders

4 jaar was Yeboah toen hij in een instelling terechtkwam. Daar kreeg hij net als zoveel anderen, meteen de stempel van ‘probleemkind’. In de onderbezette jeugdzorg kwamen er weinig kansen voor Yeboah om zich te ontdoen van die stempel. ‘En dan ga je je daar op een gegeven moment naar gedragen. Je denkt zelf dat je een wandelend probleem bent. Je neemt al die stempels op je, en je vergeet stilaan wie je eigenlijk bent.’ 
 
Yeboah: ‘Ik ben opgegroeid in West-Vlaanderen. In de instelling waar ik zat, waren ook enkel witte begeleiders. Ik mocht mijn moedertaal niet spreken. Ik ben heel Westers opgegroeid zonder een connectie te hebben met mijn roots. In Oostende is het heel normaal om het n-woord nog te zeggen. Er was zoveel racisme rond mij, maar ik zag dat zelf niet. Je groeit op met het idee: ‘Allochtenen zijn slechte mensen, die stelen. Ik hoor daar eigenlijk bij.’ En ik was dan nog 1 van de ‘goeie’ die half tussen de lijntjes liep. Op mijn 16de verhuisde ik naar Antwerpen, waar er veel meer diversiteit is. Ik hoorde en zag plots allerlei andere verhalen en voelde ik dat ik zoveel geïnternaliseerd racisme in mij had. Maar dat het helemaal zo niet hoeft te zijn.’ 
 
Yeboah: ‘Het is jammer te zien hoeveel fouten er nog steeds gemaakt worden in de jeugdzorg, in omgaan met jongeren, met diversiteit, … Ik werk nu samen met instellingen. Ik sta in het maatschappelijk werkveld en zie het vanuit de andere kant. Soms wordt er vergeten dat je met levende wezens werkt. Je krijgt een wortel voorgehouden: als je je goed gedraagt, krijg jij een huisje, tuintje, boompje. Maar als puntje bij paaltje komt, werd ik gewoon gedropt zonder opvangnetwerk. Waar was mijn huisje, tuintje, boompje? En dan komt heel het diversiteitsgegeven er nog eens bovenop. Weet je dat ik eigenlijk meer ‘Belg’ ben dan de meeste Belgen? Mijn mama’s voorouders hebben een heel oude stamboom van Belgen: de familie van Latem. In de instelling dacht ik altijd dat ik alleen was, maar later ben ik erachter gekomen dat ik hier in België dus oude roots heb. Ik word niet geaccepteerd in een land waar ik eigenlijk heel hard thuis hoor. Dus als mensen me zeggen: ‘Ga terug naar je eigen land!’, daar ben ik al. Ik hoop dat er een moment komt dat mensen beseffen dat het niet uitmaakt waar je vandaan komt. Want die verdeling maakt je echt kapot. Iedereen komt van hetzelfde bloed. Hoe verder we de geschiedenis induiken, hoe meer we dezelfde voorouders hebben.

Creatief je verhaal verwerken, maakt je weer menselijk 

Hoe hou je vast aan positiviteit als je uit zo’n situatie komt? Hoe maak je de switch en groei je uit tot voorbeeld voor anderen? (Trigger Warning: deze paragraaf bevat een thema als zelfdoding) 
 
Yeboah: ‘Muziek is mijn nummer 1. Mijn eerste album was eigenlijk een soort van afscheidsbriefje. Ik had juist een zwaar geval van etnische profilering door de politie meegemaakt en ik zag het niet meer zitten. In mijn omgeving had ik al veel gevallen van zelfdoding gezien en zag dit als de enige uitweg. Maar dan maakte ik toch nog een nummer: ‘If you stay at all, stay alive’. Als je dan toch blijft, blijf in leven en probeer positief te zijn. Dat album heeft mij zoveel energie gegeven. Er waren veel mensen die zich erin herkenden, die me erop aanspraken. Andere jongeren kwam naar mij om raad, hoe ze ook muziek konden maken. Dat heeft ervoor gezorgd dat ik er nog ben.’ 
 
‘Door je verhaal op papier te zetten en er iets creatiefs mee te doen, verwerk je moeilijke momenten. Je kan je verhaal naar buiten brengen, je bent er mee bezig. Langsgaan bij psychologen werkte voor mij niet, omdat die zo ver van mij verwijderd waren. Ik schreef mijn verhaal op en als ik het las dacht ik: oké hoe ga ik nu verder? Daarom is dit een goede tool om te gebruiken in de jeugdzorg. Mensen als mensen behandelen. Door mensen een creatieve uitlaatklep te geven, geef je hen een beetje menselijkheid terug.’ 

Dromen van een eigen stad

Yeboah maakte met zijn eigen label Hippoprockstars een 2de album met 27 nummers. Met dit album wil hij graag ook zijn andere roots gaan opzoeken. Naast België zal hij optreden in Marokko en Ghana. Voor Yeboah zal het de eerste keer zijn dat hij in Ghana komt. 
 
Yeboah: ‘Ik wil daar heel graag praten met verschillende mensen en ervaringsdeskundingen over de cultuur, over hun gevoel van identiteit. Dan kan ik dat ook weer gebruiken in mijn werk hier, als jongeren ‘struggelen’ met hun roots of niet weten waar te beginnen. Voor mij zal dit ook een ontdekkingsreis zijn. Want waar ben ik thuis? Is dat hier in Antwerpen, in Marokko, in Ghana? In de stad Latem? Het is eigenlijk een droom om ooit een eigen stad te creëren. Een stad waar iedereen een plek heeft, een thuis. Met een samenleving waar iedereen kan samenkomen. Dat mis ik nu soms, in onze cultuur in België: samenkomen met alle diversiteit erbij en errond. En dankzij mijn muziek heb ik gezien dat het wél kan.’